woensdag, september 28, 2005

Het gewijde dagboek van Adrian Plass - Adrian Plass

Ik had zin een niet al te gecompliceerd boekje tussendoor, dus koos ik voor het gewijde dagboek, van Adrian Plass.

Ik had het boek al jaren eerder gekocht en gelezen, en was benieuwd of het nog steeds leuk was. En dat was het.

Plass beschrijft een paar maanden in het leven van een gelovige, lid van een evangelische gemeente, die probeert richting te geven aan zijn geestelijk leven en zijn gezinsleven. Daarbij heeft hij te maken met zijn eigen onhandigheid, de verre van perfecte medegemeenteleden en natuurlijk zijn gezin die de zaken over het algemeen beter door lijkt te hebben dan hijzelf.
Om met het laatste te beginnen: in dit boek heeft Plass een volwassen zoon, Gerald, die midden in de puberteit zit en zijn tijd doorbrengt met het maken van anagrammen. Zijn vrouw Anne heeft een grote dosis wijsheid en veel liefde voor de medemens, en zij gedoogt haar man. In dit gezin probeert Plass invulling te geven aan zijn rol als hoofd voor de gezin, maar daarnaast krijgt hij ook verantwoordelijkheden in de kerk en dat blijkt niet altijd samen te gaan. Zo is er wekelijks kring bij hen thuis en wordt Plass zelfs kringleider. Daarnaast krijgen we beschrijvingen van de diensten en van de contacten met gemeenteleden in het algemeen.

Het boek staat vol krankzinnige situaties: hoe de schrijver door gebed een paperclip wil rechtbuigen, hoe hij evangeliseren uit een boek probeert te leren, hoe hij voorafgaand aan een gebedsdienst controleert of zijn benen nog wel recht zijn, en noem maar op. Verontrustend is dat de man geestelijk instabiel lijkt: elke waarheid uit een boek of een spreker neemt hij over en volgt hij in het extreme na. Enig kritisch vermogen is hem vreemd, hoewel correctie gelukkig ook plaatsvindt (meestal door zijn vrouw). Vreemd is ook de keuze van de gastsprekers in de kerk: er komen nogal wat types langs die onrust veroorzaken. Je zou denken dat de voorganger daar wat scherper op zou letten.

Het knappe van Plass is dat hij zaken weet te beschrijven die we allemaal wel kennen; leuke en minder leuke situaties die zich nu eenmaal in de kerk voordoen. Maar door alle parodie en gebeurtenissen proef je de diepe liefde van Christus voor de gemeente en Plass' visie op wat de kerk zou moeten zijn. Het "volgen van Jezus", met een sterk therapeutische inslag ("er zijn voor de ander"), is voor hem steeds de essentie van het christelijk geloof. Volgens de schrijver kwam zijn schrijven overigens voort uit pijn en niet uit humor.

In de tijd dat ik dit boek kocht (midden jaren '90) heb ik in korte tijd vrij veel van Plass gekocht. Zijn ontspannen manier van schrijven, zijn relativerende toon en zijn liefde voor de gemeente maken hem een prettige schrijver. Bekend is natuurlijk "het bezoek", waarover Plass hier zegt: "Het bezoek' heb ik geschreven om Jezus vast te houden, om me aan Hem vast te klampen. In het verhaal liet ik Hem terugkomen in de kerk anno 1984, om te kijken wat er dan zou gebeuren. Al schrijvend ontdekte ik via de mensen met wie Hij omging, hoe dat zou gaan. Voor mij blijft 'Het bezoek' een van de belangrijkste dingen die ik ooit geschreven heb, omdat het mijn geestelijke redding geweest is, zeg maar." Sommige boeken zijn een vervolg op het dagboek (The horizontal epistles of Andromeda Veal, bijvoorbeeld, over één van de personen in het dagboek en natuurlijk het Tweede gewijde dagboek), andere beschrijven zijn eigen ontwikkeling ("The growing up pains of Adrian Plass"). Ook hier geldt dat lezen in de oorspronkelijke taal eigenlijk de voorkeur heeft, omdat Plass' humor dan beter tot zijn recht komt. Maar hij heeft inmiddels in alle talen fans, bijvoorbeeld in Duitsland.



Kortom, Plass blijft een aanrader. Dit boekje heb je snel uit, maar dan voel je je ook een stuk beter. Nu ik erover nadenk heb ik best veel van hem gelezen, "Spoken" bijvoorbeeld of "Waarom ik Jezus volg". Allemaal dit jaar nog gelezen. Misschien ben ik ook wel een fan...

sneuper

Geen opmerkingen: